Landbouw

Dieren thuis slachten? Wat kan?

Runderen en paarden mogen enkel in een slachthuis worden geslacht.
Gevogelte, gekweekt klein wild of konijnen mag je thuis slachten zonder slachtbewijs.
Een varken, schaap, geit of gekweekt wild hoefdier mag je enkel thuis slachten als je voorafgaandelijk een toelating verkreeg, het slachtbewijs.

Het vlees van een dier dat je thuis slacht, mag je enkel met je gezin consumeren. Je mag het dus niet verkopen of weg schenken.
Je mag maximaal 2 dieren per jaar thuis slachten.

De verplichtingen n.a.v. het dierenwelzijn moeten gerespecteerd worden. Meer info

De verplichtingen m.b.t. het slachtafval vind je hier

Meer info over thuisslachtingen vind je hier 

Slachtbewijs aanvragen

Het slachtbewijs moet je aanvragen via de dienst lokale economie. Deze thuisslachting wordt geregistreerd in de databank van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV).

Wat nodig?

  •  je identiteitskaart
  •  je registratienummer bij het FAVV
  •  welk dier: varken, schaap, geit of gekweekt wild hoefdier
  •  aantal dieren: er mogen maximaal 2 dieren per jaar thuis geslacht worden
  •  het beslagnummer waar het te slachten dier ingeschreven is

Een registratienummer bij het FAVV moet je maar éénmalig aanvragen. Ook als je bijv. een rund in het slachthuis wil laten slachten, heb je een dergelijk registratienummer nodig. Dit registratienummer kan je via onze diensten aanvragen. Hiertoe hebben we onderstaande info nodig:

  •  naam en voornaam
  •  rijksregisternummer
  •  adres
  •  telefoonnummer
  •  e-mailadres

Het beslagnummer is het nummer van het bedrijf of de particuliere houder waar het dier gehouden wordt. Alle houders van bovengenoemde dieren moeten immers geregistreerd zijn bij DierenGezondheidsZorg Vlaanderen: www.dgz.be.

Wanneer aanvragen?

De aangifte van een thuisslachting moet uiterlijk de tweede werkdag vóór de slachtdag gedaan worden. Het slachtbewijs is 8 kalenderdagen geldig.

Hoe aanvragen?

Je kan je aanvraag indienen via het   e-loket   of na afspraak met de dienst lokale economie.