Weekendverblijven: permanente bewoning
Het gemeentebestuur roept alle gebruikers, eigenaars en geïnteresseerde kopers of huurders op tot grote voorzichtigheid. Uit ervaring weten het gemeentebestuur en de gemeentelijke diensten dat soms verkeerde en misleidende informatie verspreid wordt over wat nu wel en niet wettelijk kan bij weekendverblijven. We raden jou daarom aan om jezelf eerst goed te informeren bij de gemeentelijke diensten zodat je de mogelijke risico’s goed kan inschatten.
1. Mag ik ‘wonen’ in een recreatieverblijf?
NEEN
Dit mag volgens de stedenbouwkundige wetgeving niet.
De gemeente moet en zal je echter wel ter plaatse inschrijven als je dat vraagt.
Er zullen echter ook meteen verdere stappen ondernomen worden in het kader van de stedenbouwkundige wetgeving. Deze ‘stappen’ bestaan minstens uit het opstellen van een proces-verbaal, en kunnen gaan tot strafrechtelijke vervolging en/of het opleggen van dwangsommen. In bepaalde gevallen kunnen en zullen er zelfs maatregelen genomen worden voor aanwezige (onvergunde) constructies.
De eventuele processen-verbaal die opgesteld worden zijn ook steeds ten laste van de eigenaar(s) van het recreatieverblijf, zelfs als die niet zelf in het recreatieverblijf wonen.
2. Kan ik mijn domicilie op een recreatieverblijf zetten?
JA, je kan, mag, en moét je ‘domicilie’ op een recreatieverblijf zetten als je daar je hoofdverblijfplaats vestigt.
Let wel.
Het permanent bewonen van een recreatieverblijf is een overtreding van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening (VCRO). Hiervoor zal een proces-verbaal opgesteld worden, waaraan verder zowel bestuurlijke als strafrechtelijke gevolgen gegeven kunnen worden.
3. Mag ik er wonen en mijn adres gewoon ergens anders zetten?
NEEN
De gemeente kan en zal je adres op het recreatieverblijf zetten wanneer vastgesteld wordt dat je adres niet op je feitelijke hoofdverblijfplaats gezet werd.
Let wel.
Het permanent bewonen van een recreatieverblijf is een overtreding van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening (VCRO). Hiervoor zal een proces-verbaal opgesteld worden, waaraan verder zowel bestuurlijke als strafrechtelijke gevolgen gegeven kunnen worden.
4. Hoeveel dagen per jaar mag ik dan in mijn recreatieverblijf verblijven om er niet ‘permanent’ te verblijven?
Hiervan is er nergens een getal of percentage in de wetgeving opgenomen.
Zoals hierboven aangehaald is de bepaling gebaseerd op een feitelijke situatie, uitgaande van de vaststelling van een effectief verblijf.
Een afwezigheid van enkele dagen of weken is dus geen grond om te stellen dat je er niet permanent zou verblijven.
5. “De verhuurder/verkoper zei dat ik er mocht wonen?”
Neen, zie punt 2.
In de Vlaamse codex ruimtelijke ordening wordt dergelijke ‘schending van de informatieplichten’ ook strafbaar gesteld.
De informatieplicht houdt (onder meer) in dat er bij verkoop of verhuring van vastgoed aan een aantal zaken moet voldaan worden (artikel 5.2.6. VCRO).
Één van de bepalingen in dit artikel betreft dat ‘andere vermeldingen’ dan de wettelijk bepaalde vermeldingen slechts toegestaan zijn ‘voor zover zij de ontvanger van de informatie niet misleiden omtrent de stedenbouwkundige status van het goed’.
Zoals eerder gezegd worden eventuele processen-verbaal ook ten laste van de eigenaar(s) opgesteld. Dat geldt zeker ook wanneer ze het verblijf verhuren met de melding dat je er mag wonen maar dat je je adres er niet mag zetten.
6. Hier in de buurt is alles bewoond, dan mag ik dat toch ook?
NEEN
Ook in de recreatiezones zijn er soms ‘woningen’ te vinden, al is dat eerder zeldzaam. Deze woningen zijn dan ‘zonevreemd’ en hebben alle rechten die de zonevreemde woningen in de andere gebieden ook hebben. Sommigen van deze woningen zien er net hetzelfde uit als de recreatieverblijven.
Er kan ook sprake zijn van een ‘eigenstandig woonrecht’, zoals bepaald in de toepasselijke wetgeving. Dit betreft onder andere (ononderbroken) bewoning die voor 1 september 2009 al minstens 1 jaar bezig was. Nieuwe bewoning kan dan ook nooit onder dit eigenstandig woonrecht vallen.
7. Kan de gemeente mij dwingen om uit mijn recreatieverblijf te vertrekken?
JA
De gemeente (in de persoon van de burgemeester of de gemeentelijke stedenbouwkundige inspecteur) kunnen je 'dwingen' uit het recreatieverblijf te vertrekken. Hiervoor zijn uiteraard wel regels bepaald in de wetgeving.
In de recentste versie van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) hebben de burgemeester en de gewestelijke en gemeentelijke inspecteur ruimtelijke ordening meer bevoegdheden en mogelijkheden gekregen dan in de voorgaande versie(s) van dit decreet.
Bij deze nieuwe bevoegdheden hoort ondermeer ook de mogelijkheid tot het opleggen van 'bestuurlijke maatregelen'. Deze maatregelen kunnen bestaan uit dwangmaatregelen en/of dwangsommen.
Naast de bestuurlijke maatregelen bestaat er ook nog steeds de 'herstelmaatregel' die bij de bevoegde rechtbank ingeleid kan worden.
Deze maatregelen kunnen dezelfde inhoud hebben, en zijn voor de overtreder(s) beiden even bindend en dwingend.